Is inspraak democratie?
februari 2014
Die vraag stel je je, als je leest dat er opschudding is bij de VVD in Heemskerk rond de kandidaatstelling voor de gemeenteraadsverkiezingen(1). De suggestie is, dat enkele prominente Heemskerkenaren door intimidatie de ledenlijst dramatisch beïnvloeden. Zittende raadsleden worden zodanig bedreigd dat ze zich terugtrekken, een aantal nieuwe mensen wordt lid, bezoekt ledenraadsvergaderingen en kan zo hun favoriete kandidaten op de kieslijst plaatsen.
De democratie die zichzelf om zeep helpt is altijd een angstbeeld geweest van mensen die zich verdiepten in de parlementaire democratie. Ontsporingen van de medezeggenschap in de parlementaire democratie kan op verschillende manieren:
- Zoals hier: een groep neemt een partij over en kan daarmee onevenredig veel invloed uitoefenen (de maffia in Italië heeft politieke invloed nodig; dat gebeurt door eigen mensen op kieslijsten te plaatsen, of door invloed uit te oefenen op bestaande politici).
- Een meerderheid in het parlement stemt de democratie weg (dat is de manier waarop Hitler dictator werd, bij stemming kreeg de regering volmachten).
- Belangengroepen zetten parlementariërs onder druk om bepaalde beslissingen te nemen (lobbyen is een grote bedrijfstak, men schat dat er alleen al in Brussel zo’n 20.000 mensen actief zijn om Europarlementariërs te beïnvloeden).
Is er een democratisch middel om hier iets tegen te doen? Vaak wordt gezegd, dat juist democratie gegarandeerd is, omdat ‘het volk’ het niet toe zal staan dat de democratische instituties ondermijnd worden. Het feit, dat in Duitsland Hitler democratisch aan de macht kwam is daarmee niet geheel in tegenstelling. Er zijn nauwelijks andere voorbeelden van een dergelijke ontwikkeling te vinden. Democratieën worden gebruikelijk afgeschaft door geconcentreerde macht, via een (al dan niet militaire) staatsgreep.
In Heemskerk is de ontwikkeling -voorlopig- gestopt door ingrijpen van de landelijke VVD-organisatie. Op zich opmerkelijk, omdat een ingrijpen van bovenaf op een lokale ontwikkeling weinig democratisch lijkt.
In Italië is de macht van de maffia al zeer lang erg groot en daar lijkt weinig verandering in te komen. Toen in de jaren 60 een groot offensief tegen de maffia werd aangekondigd, eindigde dat in een bloedbad onder rechters en politiemensen. De maffia is zo groot, dat er kennelijk geen machtsblok in Italië is dat zich daarmee kan meten (daar speelt de politieke invloed van de maffia natuurlijk een grote rol).
Lobbyen is als zodanig natuurlijk democratische inspraak pur sang. Het probleem is hier de onevenredige invloed van kapitaalkrachtige groepen (i.h.b. het bedrijfsleven). Omdat dat lastig te definiëren is (waar ligt de grens), is daar weinig aan te doen.
Openheid kan natuurlijk helpen. Als we weten hoe groepen ingrijpen op een kandidatenlijst, als we weten welke invloed de misdaad heeft op onze politici, als we weten waar lobbyisten mee bezig zijn,zijn er betere mogelijkheden om een tegenactie te ontketenen.
Een voorwaarde daarvoor is natuurlijk, dat er voldoende mensen zijn om mee te doen aan die actie. Ten tijde van Hitler waren dat er te weinig, in Heemstede had men kennelijk hogerhand nodig en in Italië werd iedereen die wat wilde doen doodgeschoten … De conclusie is, dat je altijd op je hoede moet zijn als je in een democratie wil leven.
Hoewel toezichthoudende organen als zodanig weinig democratisch zijn, kunnen ze voor de democratie een nuttige functie vervullen (de landelijke VVD vormde een toezichthoudend orgaan voor de lokale VVD).
Het moge duidelijk zijn, dat de gevaren in bedrijven nog veel groter zijn:
- In bedrijven is inspraak niet voor de hand liggend.
- Bedrijven worden gekocht en verkocht. Geld staat daarbij voorop, niet of kopers netjes zijn.
- Bedrijven (lees: kapitaal) wordt geërfd. Ook hier wordt niet gekeken of de erfgenaam wel geschikt is.
(1) Zie o.a. NRC-Handelsblad 05-02-2013
|